Hoewel de Hongaarse keuken bloot heeft gestaan aan de invloed van honderden verschillende volkeren die de afgelopen eeuwen door de Laagvlakte zijn getrokken, hebben de Hongaren, die nooit slaafs imiteerden, gerechten uit Frankrijk, Duitsland, Polen en Italië geschikt gemaakt voor hun eigen smaak. De traditionele Hongaarse keuken is een typische boerenkeuken; voedzaam, goedkoop en lekker.

De paprika neemt een belangrijke plaats in bij het garneren en op smaak brengen van de diverse gerechten.We hebben het hier echter niet over de zoete paprika, zoals wij die kennen, maar over de kalosca-paprika (of Hongaarse peper) waaraan de Nagy Alföld zijn bekendheid ontleent. De droge hete zomers, zachte voorjaarsregens en vruchtbare grond zijn de belangrijke basiselementen voor de groei van deze paprika. Aan lange touwen geregen worden ze gedroogd vanaf de dakranden en geplet met een kulu. Het is (volgens Albert Szent-Gyórgi, een Hongaars-Amerikaans winnaar van de nobelprijs voor scheikunde) de rijkste bron van vitamine C.

Het land levert voornamelijk paradicsom (tomaten), gomba (champignons), paprikás (paprika's), torma (mierikswortel), tojás gyümölcs (aubergines), tök of zuchini (courgettes), burgonya (aardappelen), fokhagyma (knoflook) en hagyma (uien). Een, in de Hongaarse keuken, veelgebruikt ingrediënt is paprika. Meestal krijgt men voor de maaltijd brood en (hete) paprika geserveerd.

Eén van de traditionele voorgerechten, of 'tussendoortjes' waarin paprika verwerkt is, is de Hongaarse, op houtvuur gerookte salami van gekruid varkensvlees met (liefst veel) knoflook.

Men krijgt vrijwel geen verse groente of salade bij het eten, aangezien deze veelal ge-exporteerd worden. Helaas is ook in de wildstand teruggedrongen ten koste van melk- en slachtvee en cultuurgewassen, maar in de Hongaarse keuken vindt men voornamelijk vleesgerechten; disznóhús (varkensvlees), borjú (kalfs-) en marhahús (rundvlees). Verder behoren házinyúl (konijnen), vadnyúl (haas), kacsa (eendenborst), libamáj pástétom (ganzenlever) en fácán (fazant) tot de traditionele Hongaarse keuken.

Vooral in de streken die grenzen aan de rivieren de Donau en Tisza, zullen diverse visgerechten, zoals Nyelv (riviertong), ponty (karper), csuka (snoekbaars), poisztráng (forel) en lazac (zalm), op de menukaart pronken.